Energiearmoede
Het voornaamste thema van de Energy Race is energie besparen. Dit is nodig om twee redenen. Ten eerste omdat het zorgt voor minder CO2-uitstoot en dus beter is voor het milieu. Ten tweede is het - zeker in deze tijden - beter voor de portemonnee. En al helemaal voor mensen die leven in energiearmoede.
Circa 650.000 huishoudens leven in energiearmoede. Dit aantal stijgt overigens snel. Energiearmoede houdt in dat zij herhaaldelijk de energiekosten niet kunnen betalen. Dit komt bijvoorbeeld door de stijgende prijzen en/of een te kleine portemonnee. Dit kan leiden tot schulden en/of een heel oncomfortabele leefsituatie. Concrete voorbeelden hiervan zijn: één keer douchen per week, de verwarming op 15 °C in de winter en/of in huis zitten met handschoenen aan. Daarnaast spelen er soms meer factoren mee, zoals een slecht geïsoleerde woning en weinig leefgeld.
We hebben een versimpelde uitleg opgesteld van hoe verschillende gezinnen met verschillende portemonnees geraakt worden door de stijgende energiekosten. Dit is hetzelfde voorbeeld dat is gebruikt in de gastles in de klas.
Onderstaande voorbeeld gaat over drie gezinnen.
Je hebt veel kosten als gezin! Denk aan: je huis, internet bij je huis, water bij je huis, zorgverzekering, boodschappen, kleding, telefoonkosten, fiets en/of auto.
Daarnaast moet ook de energierekening betaald worden natuurlijk. De blauwe taartpunt beeldt die uit. Voor het ene gezin is de energierekening dus een veel grotere hap dan voor het andere gezin!
Daarnaast heeft ieder gezin ook andere kosten, zoals besproken op het tweede plaatje. Dat is de rode taartpunt.
Als al die kosten zijn betaald, dan houdt het ene gezin meer geld over dan het andere. Dat zie je in het aantal ijsjes. Het ene gezin kan dus veel meer ijsjes (of andere dingen, zoals vakanties) kopen dan het andere gezin.
Met andere woorden: voor het ene gezin is de energierekening een veel grotere hap uit het te besteden budget dan voor het andere gezin.
Hoe groter de energierekening dus is, hoe meer last de gezinnen die minder geld hebben ervan hebben.
